Afbeelding
Foto: Nick Oostendorp

Kijkjes van de Grolse Stadstoren

Algemeen Columns

De Torenwachter denkt dat hij prins carnaval wordt!

Beste Grollenaren, ik begin steeds meer te geloven dat ik de nieuwe prins carnaval wordt, de 55e prins van de Knunnekes. Oké, velen zijn mij al voorgegaan en die prinsen zijn in de afgelopen reeks van jaren ook steeds beter geworden en dat ga ik nu nog verder uitbouwen! Ik hoop dat u deze fijnbesnaarde carnavaleske opmerking van mij op waarde weet te schatten. Tata, tata, tata! Ik kom d'r helemaal in.

Het gekke is echter dat in mijn familie niemand gelooft dat ik ook maar enige kans maak. Van je familie moet je het maar hebben, precies dat denk ik ook. Ze kijken me wat hoofdschuddend aan en roepen dan van die zinnen als: probeer nou eerst maar gewoon zo'n simpel Torenwachtertje in elkaar te draaien. Je hebt het daar al moeilijk genoeg mee en laat het grote werk asjeblieft aan de big boys over. Ik ontsteek dan in woede. Waarom, zo vraag ik me verongelijkt af, waarom zou ik eigenlijk niet de meest geschikte persoon zijn om het carnavalsvolk te leiden?

Ik heb een redevoering, een peptalk, voor de carnavalisten samengesteld, dat wil je niet weten. En inderdaad: niemand in mijn familie wil dat ook weten. Die menen zelf wel van alles te kunnen. Praten daar ook graag en veel over en weten hun waarde op een echt ongelooflijke manier te overschatten. Maar als ik dan eens een keer iets wil zeggen, dan is het altijd weer niet voldoende, niet spiritueel, eigenlijk gewoon prutswerk zeggen ze dan. Ik barst van woede. Net alsof ik minder zou zijn dan de rest van de familie. Dat kan haast niet en met dit prachtige ironische grapje - vind ik zelf - jaag ik ze dan nog eens extra in de gordijnen en op stang. Ga toch gewoon bij het prinsenbal in de zaal zitten zeggen ze tegen mij. En geniet ervan hoe een echte jubileumprins dat doet. Dit soort prietpraat moet ik als aanstaande prins, de 55e leider van de machtige Knunnekes, maar steeds aanhoren.

Ik zie me al op het toneel staan in het City Lido, het carnavalshoes van de Knunnekes en binnen enkele dagen ook mijn eigen residentie. Ik zie me daar staan op dat immense podium; een oneindig grote hoeveelheid Grolse narren die mij toejuichen, die duimen opsteken, die vreugdekreten slaken omdat het eindelijk gelukt is die Torenwachter te strikken. Dat 'zie' ik allemaal. En ik hoor mijn fantastische teksten die enthousiast worden ontvangen, terwijl de muziek dat nog eens extra ondersteunt. Dat zie ik allemaal voor me, maar mijn familie ziet dat niet; sterker nog, ze zien er niks in. Eigenlijk ben ik een beetje een gespleten persoon aan het worden; mijn familie ziet me gewoon in de zaal staan met het prinsenbal, maar ik zie me met de scepter op het toneel staan zwaaien. Maar beide tegelijk, dat kan niet.

Het rare is zegt een familielid, als ik het d'r weer eens over heb, dat sommige mensen helemaal geen idee hebben van wat ze kunnen. En jij hebt helemaal geen idee van wat je niet kunt en dat is eigenlijk bijna alles en dat is toch best apart. Het zou me toch een treurige toestand worden met jou als prins carnaval. Het zou eerder belachelijk zijn dan om te lachen. Ik wed dat er bij u in de familie niet zo'n ei rondloopt!

Als ik prins carnaval word - en dat gaat gebeuren - dan krijgt dat familielid geen onderscheiding. Hij kan een goede prins carnaval toch niet onderscheiden.

Torenwachter

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant