Nancy Corts-Stunnenberg te midden van haar expositie, bestaande uit voornamelijk babykleding van weleer. Foto: Theo Huijskes
Nancy Corts-Stunnenberg te midden van haar expositie, bestaande uit voornamelijk babykleding van weleer. Foto: Theo Huijskes

Nancy Corts-Stunnenberg is in de ban van historische babykleding

Algemeen

Trots op een verzameling van twee eeuwen

Door Theo Huijskes

GROENLO - Eenmaal op de praatstoel zittende voor het geven van een uiteenzetting over haar grootste passie, oud textiel in het algemeen en oude babykleding in het bijzonder, is Nancy Corts-Stunnenberg (71) uit Groenlo helemaal in haar element. De met Theo Corts gehuwde voormalige lerares tekenen en textiele werkvormen (handwerken) heeft als liefhebster door de jaren heen een unieke verzameling opgebouwd van met name kleding voor baby's en alles wat daarmee direct of indirect verband houdt. Een deel van die bijzonder indrukwekkende verzameling kan in de maanden augustus en september bewonderd worden op de bovenverdieping van het museum Stadsboerderij in het centrum van Groenlo.

Praten met Nancy Corts, geboren in de Gelderse Betuwe in een gezin met twee kinderen, betekent het meebeleven van tientallen achter ons liggende jaren, die in haar geval helemaal in het teken staan van zakelijke, familiaire en bovenal relationele aangelegenheden, waarbij tegelijkertijd het aspect kleding een aparte rol speelt.
"In 1972 leerde ik mijn man Theo kennen, die een opleiding volgde aan de Tropische Landbouwschool in Deventer. Terwijl hij geïnteresseerd is in de boerenwereld, is het de kostuum- c.q. kledinggeschiedenis, die mij altijd heeft geboeid en dat nog steeds doet."

Oude koekjesvitrine
Haar interesse in oud textiel heeft Nancy Corts met name te danken aan haar eigen familie, alsmede haar schoonfamilie. "Zo had ik een oma van moederskant, die extra begaafd was in het bedenken van mooie japonnen. Tegelijkertijd was het niet alleen de familie van mijn moeder, maar ook de familie van mijn echtgenoot die altijd veel waardevolle kleding heeft bewaard. Omdat mijn schoonfamilie in de omgeving van Utrecht en Zeist woonachtig is, betreft het in dit geval vooral kleding van deftige families en dus dure, waardevolle babykleding. Die meevaller deed mijn liefde, zeg maar passie voor die kleding alleen maar toenemen. Zo hebben wij, woonachtig op een bovenverdieping in Deventer, van een bakker een oude koekjesvitrine gekocht om die vervolgens in onze eigen woning te plaatsen en helemaal in te richten met uit verschillende hoeken van Nederland ingezamelde kleding."

'Koninklijk' jurkje
Als een soort collector's item en dientengevolge een kostbaar kleinood beschouwt Nancy Corts ook het jurkje dat oma Maria (de oma van haar echtgenoot Theo) heeft gedragen bij een verjaardagspartijtje van het kleine prinsesje Wilhelmina op paleis Het Loo in Apeldoorn. Kleine 'Oma Maria', die voor dat kinderfeestje op 31 augustus 1884 was uitgenodigd, heeft zelfs met het jurkje aan nog bij moeder (koningin) Emma op schoot gezeten.
Ook veel waarde wordt er gehecht aan de doopjurk van de familie D.J. Haspels (Dirk Jan Haspels was van 1939 tot en met 1973 dominee van de N.H. Gemeente in Groenlo en werd bij zijn afscheid benoemd tot Ereburger van de stad Groenlo). De tulen doopjurk is gemaakt van de 'hand geborduurde sluier', die mevrouw Johanna Haspels-de Calonne droeg als bruid. In 1940 werd zoon Jan-Jaap, alsmede in 1947 dochter Ela, in deze jurk gedoopt.

Een opvolger gezocht
Een wijziging van werkkring van echtgenoot Theo had tot gevolg dat de familie in 1982 naar de woonwijk Het Blik in Groenlo verhuisde. Maar deze wijziging van levensomstandigheden had geen gevolgen voor de verzamelwoede van Nancy. "Ik ben altijd vast blijven houden aan het principe dat mijn verzameling van inmiddels twee eeuwen oude kleding nooit verloren mag gaan. Overigens herbergt de verzameling naast kleding ook talrijke foto's, pretboeken en dergelijke. Desondanks ben ik wel bezig om er langzamerhand afstand van te gaan doen. Maar dan moet ik wel zeker weten dat daarvoor al het verzamelde op een uitermate geschikte plek terecht komt, alwaar eveneens mijn principe geldt. Gegadigden kunnen zich bij mij melden of kunnen indien gewenst een berichtje achterlaten in het in de Stadsboerderij bij de expositie aanwezige gastenboekje."

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant