Afbeelding

Torenwachter: niet kniezen ook al gaat het niet vriezen

Algemeen Columns

Advies van de Torenwachter: niet kniezen ook al gaat het niet vriezen

Goh, beste Grollenaren, ik moet ineens denken aan mijn grote vrienden, miene kamereu: de Grolse IJsmeters. Lang niks meer van hen gehoord. Zou het nog goed met hen gaan of zouden ze door de mirakels zachte winter moedeloos zijn geworden? Moedeloos door al die hoge temperaturen terwijl hun garages uitpuilen van de schaatsspullen, alsmede hun tuinhuisjes. En ook onder hun bedden liggen boormachines stil te wachten, evenals de dozen vol nieuwe schaatsen en zaklantaarns en natuurlijk stapels van de wereldberoemde Grolse wanten.

Het moet toch meer dan ergerlijk zijn dat al die spullen niet kunnen worden ingezet. En ik kan me voorstellen dat ze aan hun keukentafel in september al tegen elkaar zeiden: Dit wordt een hele mooie strenge winter, den weerman Piet Paulusma hef dat ezegd en van den kael köj op an. Maar blijkbaar weet Piet het ook niet.
En elke dag maar loeren naar die teevee, naar al die meteorologen, weerdeskundigen en verre toekomst-zieners. Maar geen winter. Potverdorie, het is bijna eind januari, de narcissen steken de kop al op en de eenden en waterhoentjes beginnen achter elkaar aan te jagen in plaats van een lekkere 10 graden vorst.
Dat je zo heerlijk over dat bijna zwarte ijs kunt lopen en natuurlijk schaatsen. Dat je extreem lange boren nodig hebt om de ijsdikte te meten.
En dat je dan ook fantaseert dat je als ijsmeesters gelukkig bij elkaar zit op het ijs; van kou geen last en dat je dan in gedachten al schema's maakt over de hernieuwde Grolse Grachtentocht, hét alternatief voor de Elfstedentocht. Dat er al aanmeldingen beginnen binnen te stromen, de gracht in Groenlo als de ijsbaan van het oosten en ver daarbuiten. Die gedachten stromen allemaal door het hoofd van de ijsmeesters. Dat gevoel dat 't vriest dat 't kraakt. Maar dan weer die harde ontmoedigende werkelijkheid, dat je als ijsmeesters gewoon thuis zit te fantaseren en dat dan moeder de vrouw roept: Ik dachte dat ie nog boodschappen zollen doon!
Goh, wat een treurige werkelijkheid. Maar niet alleen in het persoonlijke vlak, ook in financieel opzicht is dit een ellende die bijna niet valt te overzien.
Ik zag dat er een film is gemaakt over de Grolse wanten, maar ja wat heb je aan Grolse wanten als de hitte je van de vingers druipt, wat heb je aan Grolse sjaals en mutsen als de hitte je in het gezicht slaat. Kijk, de Grolse wantenclub is een onderneming die uitgaat van het principe: veel verkoop genereert veel geld. Dat is juist en daar zal geen econoom van betekenis bezwaar tegen maken. Maar hoe verkoop je iets als er geen behoefte aan is, als het gewoon hartstikke heet is? Witheet word je ervan.
En waar de meeste mensen gewoon niet aan denken, maar ik wel (goed zo, Torenwachter!) is het feit dat een zachte winter ook enorm nadelig is voor de zakenlui. Wat denk je van de erwtensoepverkopers, van de lekkere likeuren, van de broodjes met worst, van de warme chocola en van koek-en-zopie enzovoort.
Als je dat op lokaal niveau beziet dan kun je wel spreken van een geweldig economisch echec, ja van een echec ja. Wie compenseert die ondernemers, doet daar ene overheid nog wat aan?
Daarbij vergeleken is het leed van de ijsmeesters nog te overzien. Oké, kan zijn dat sommigen naar de dokter moeten omdat ze geprikkeld zijn, geen optimisme uitstralen.
Maar ook die ellende kan worden voorkomen door gewoon een flinke vorstperiode.
Is dat nu echt te veel gevraagd?


Torenwachter

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant