Afbeelding

Onlandse tijdingen | Onderweg met Marloes

Opinie

En daar gaan we, via Hengelo en Dinxperlo richting Aalten.
Het land is vlak, groen, maar meer van weide dan van bos.
Zij rijdt. Het is haar auto. Zij is mijn gids. Ze heet Marloes.

Geboren en getogen in Aalten koestert ze een niet aflatende liefde voor de Achterhoek.
We kennen elkaar, we delen een trappenhuis in Zutphen. We zijn buren.
Het is niet ons eerste uitstapje.
Ze had me al eens naar Bronckhorst en Doetinchem gereden, naar Laag- en Hoog-Keppel, waar ik jam kocht uit een kastje naast de weg, naar Hummelo en het standbeeld voor Normaal, en ook naar ‘s Heerenberg en het Montferland. We liepen niet naar de Hulzenberg.

We hadden boodschappen gedaan in de boerderijwinkel van Horstink, en daar om de hoek bier gedronken bij een veelvuldig bekroonde brouwerij in Rha. Ze was over de IJsseldijk gereden, en langs het kolossale vrieshuis voor aardappelen in Steenderen.
Geluncht in De Waag in Doesburg.
Ik probeerde te begrijpen wat ik zag.
Dit landschap met zijn soms schilderachtige hoeves, de dorpen rond stokoude kerken, de vestingstadjes, de agrobusiness.

Het is veel.
We stoppen bij de kerk in Hengelo. Ik stop graag bij kerken - ook al zijn ze meest gesloten - om even de bruingrijze, al verwerende ANWB-bordjes te lezen naast de ingang. Type, leeftijd - steevast teruggaand naar de Middeleeuwen.

Marloes wijst me op een lange, kaarsrechte weg richting Aalten, maar wil graag nog iets anders laten zien.
Een circuit. Voor motorraces. Een van de laatste die nog van de openbare weg gebruik maakt.
U weet dat ze de Varsselring bedoelt, maar ik weet van niks. We rijden tussen weilanden over een smal en smetteloos asfaltlint, hoe curieus, en houden even halt bij Varssel Airport, luchthaven voor modelvliegtuigen. Daar staan, op een open gladgeschoren veld in een vuile, natte wind, mannen met bedieningspanelen haaks tegen hun buik en besturen flinke vliegtuigen van piepschuim, met een kleine benzinemotor. Een van hen is instructeur. Je moet een brevet halen.

Ik weet niet goed wat hier samenkomt, dat vliegen in het veld en dat racen op de weg, maar het land hier is ook bedoeld om te spelen.
Even later sta ik te kijken in een houten krat van een kubieke meter, gevuld met boerenkool. Ik maak er een foto van, een foto die vorige week hier de tijding over het oerwoud van de Achterhoek illustreerde. Ik sta voor de landwinkel van Smits in De Heurne. Langs de weg staan kratten vol pompoenen in een variëteit aan soorten die ik nog nooit bij elkaar heb gezien.

Ik begin te denken dat de Achterhoek vol bijzonderheden zit en dat Marloes me naar die plaatsen leidt. Daarnet zijn we door Sinderen gereden, waarover ik later nog iets meer wil schrijven, maar nu gaat het me om die bijzonderheid aan de Sinderenseweg, waar Marloes op glunderend op wees: een dubbele set stoplichten speciaal voor de oversteek van runderen.
En dan heb ik nog niet kunnen verhalen van het kleinste kerkje in Nederland, of de spookruïne in diezelfde plaats, en een bijzonder fresco in Aalten.

Het is veel.

Wim Boevink

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant