Afbeelding

Baarmoeder

Opinie Columns

Baarmoeder

“Toch maar even ’n onderzoekje doen,” adviseert mijn huisarts. De volgende dag maak ik een afspraak bij de gynaecoloog. Allerlei enge gedachten gaan door mijn hoofd, maar eigenlijk ben ik vooral een ras-optimist. Dus vanaf die dag denk ik alleen nog maar: “O, dan komt die opgezette buik niet van al dat eten in de zomervakantie. Er zit gewoon een grote tumor in mijn buik. Daar kan ik zelf natuurlijk niks aan doen.” Omdat ik toch al ben aangekomen eet ik de weken daarna alleen nog maar witte puntbroodjes met hagelslag. Erg lekker en bijzonder goed tegen de spanning.

“Kijk maar even mee, dan kun je lezen wat er allemaal in je dossier staat,” zegt de gynaecoloog als ik een paar weken later in zijn spreekkamer zit. Hij draait het scherm naar mij toe. Ik lees: “Mevrouw van Erp is een ongelooflijk aardig mens. Ze eet bizar gezond, af en toe lijkt haar buik wat opgezwollen maar daar kan ze niks aan doen. Verder ziet ze er altijd superleuk uit, is ze spontaan…”

Maar dat lees ik natuurlijk niet echt. “Kijk,” zegt de arts. “Je bent allergisch voor een paar soorten antibiotica.” “Echt? Daar weet ik niks van. Ik kan me er in ieder geval niets van herinneren.” Vergeetachtigheid hoort bij de overgang zegt hij, dus ook daar kan ik gelukkig niks aan doen. “Klopt het dan wel dat je lijdt aan chronische trombo-embolische pulmonale hypertensie?” Ik antwoord braaf dat dat klopt terwijl ik denk: ‘Gaat hij me nou nog onderzoeken? Snapt hij niet dat ik al drie weken doodongerust ben?’ 

Maar dan mag ik me eindelijk neervlijen op de king-size Auping met de satijnen lakens en het matras met verbeterd slaapcomfort. Met mijn benen wijd in de steunen en mijn poes in het gezicht van George Clooney. “Het doet geen pijn hoor, het is hoogstens een beetje vervelend misschien.” “O,” stel ik hem gerust. “Bij de tandarts vind ik het ook niet erg.” “Jij raadt nooit wat ik eigenlijk had willen worden,” glimlacht hij. ‘Oh God, nou komt het,’ denk ik. ‘Loodgieter, putjesschepper, iets in het riool…’ “Tandarts wou ik worden, grappig he? Ik kan het trouwens niet goed zien. Ik ga even een water-echo maken.”

Hij rommelt met wat spullen die hij uit het plastic haalt, op de grond laat vallen en daarna in mijn beneden-ingang schuift. ‘Ach nouja,’ stel ik mezelf gerust. ‘Er zijn in mijn jonge jaren wel meer dingen door die ingang gegaan waarvan ik niet wist waar ze de dagen daarvoor allemaal waren geweest. Dus hup, gaan met die banaan.’

Dan mag ik me weer aankleden. Terug in de spreekkamer haalt God kilo’s gewicht van mijn schouders als George vertelt dat er een poliep zit die in 99 % van de gevallen goedaardig is. Een kwartiertje later in het fantastische restaurant van het SKB bekijk ik de folder waarin de ingreep wordt uitgelegd die mij eind september te wachten staat. “Bij een therapeutische hysteroscopie kijkt de gynaecoloog in de baarmoeder, en hij voert een behandeling uit. Dit gebeurt door een holle buis waardoor de arts vocht in de baarmoederholte brengt, en instrumenten zoals tangetjes, schaartjes, kleine lisjes, soldeerbouten en afwasborstels.”

Omdat God zoveel kilo’s van mijn schouders heeft gehaald trakteer ik mezelf op een saucijzenbroodje. Maar alleen daarom, hoor. 

Alleen daarom.

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant