33 graden en 45 cl en 10 mg

Er is een officiële hittegolf geweest, in het Randstedelijke De Bilt tenminste. Maar bij ons in het Achterhoekse Oost Gelre vast ook wel, want wij wonen in een van de hetere gedeelten van Nederland. Vooral de buurt waar ik woon is vaak heet, stomend en spannend, zeker in de zomer (de postcode is, inclusief de twee letters, bij de redactie bekend).

We hadden niet meer dan een hittegolfje natuurlijk, alles is relatief. Moet je in Israël mee aankomen, met die paar dagen. Nee, daar zijn pas hittegolven. Echt lang en echt heet. Daar is Oost Gelre niks bij. En ook die derby's daar zijn veel meer spektakel dan Grol-Longa. Maar nooit zo spannend, want daar in dat andere Oosten staat de winnaar altijd vast, het klasseverschil is te groot.

Onze buurt is dus een hete buurt. En dat komt tijdens de warme dagen mede door de barbecueluchten die blijven hangen in de steegjes. Die barbecuewalmen waren ook de afgelopen dagen weer niet van de lucht. Het sissende geluid van speklapjes en het ploppende geluid van knalpotjes. Het zal ook eens zonder. Ik heb zelfs iemand van 16 aan het bier gezien. Misschien was het een zonnesteek of een fata morgana en is het niet echt gebeurd.
Ik zeg hier natuurlijk bewust knalpot en geen halve liter, want iedereen weet dat dat niet zo is, dat er geen halve liter in een halveliter zit. Voor veel stevig drinkende Achterhoekers en Oost Gelrenaren (dus voor bijna iedereen) betekent dat opgeteld in hun steeds korter wordende leven toch heel wat minder bier gedronken dan gehoopt en gedacht. 0,05 liter per buitgemaakte beugel. U doet de wiskunde.

De gesprekken bij het barbecue-knalpottenfestijn gingen ook afgelopen weekend weer over de hele wereld. Over de gemeentelijke politiek: over Henk H. en Jos W. Geen één keer over Rene H., die is zonder smet blijkbaar, Ik kon alles horen over de tuinmuur heen.
Een uur en twee kratten later verschoof het onderwerp naar de nationale en internationale toestanden in de wereld. De maag vol van bier en boekspek, kwamen 15 centimeter (gemiddeld) lager de onderbuikgevoelens eruit. Over Grieken en geld, Jödden en streken. En Winterswiekers in de oorlog.

Ik heb de eindconclusie over de wereldproblematiek niet afgewacht. Het mandje lonkte. Maar slapen is kloten met dat hete weer, al laat je die dingen en alle andere lichaamsdelen onbedekt.
Gelukkig is er, nog halfwakker, in de verte van alles te beleven: buurtfeesten, eindfeesten, kermissen. En de aflopende barbecue bij de buren van een paar rijtjestuinen verderop natuurlijk. Die barbecue is al wel uit, maar een paar mensen stellen de volgende dag nog even uit. Iemand steekt een sigaret op, ik meen het door het open raam te ruiken.
"Ik bun eigenlijk estopt, moar af en toe ..." Dat zegt-ie al drie jaar.

Morgen weer 20 graden. Iedereen weer naar binnen, waar niet gerookt mag worden.