Kop of jut
Voor-Beltrum, 11 augustus 2015
In de jaren 70, toen de huidige horeca- en evenementtyconen nog lief en onschuldig waren, was er Watergate. En in Groenlo is er - opnieuw - Muntengate. De horeca en de Stichting Grolse Kermis (hierna te noemen S.G.K.) konden het niet eens worden over een eenheidsmunt, en ook niet - dan maar - over een uitwisselbaremuntsysteem (één woord).
Een eenheidsmunt - de rode horecamunt dat is - zou ook lastig zijn. Want dan moet je het na de kermis verrekenen, en dan moeten de horecagelegenheden zich in de boekhoudkundige keuken laten kijken. Zowel in de witte als in de zwarte. Elke horecagelegenheid een eigen maar wel uitwisselbare - of inwisselbare, ook goed - munt is makkelijker. Dan hoef je als horecabedrijf alleen maar je eigen munten terug te kopen. Maar ook dat is niet doorgegaan in verband met te weinig snipperdagen of zoiets.
Misschien gaan ze het in de botsautootjes uitvechten komend weekend. Marcel Oldenkotte en Tom Rooks, om maar twee namen te noemen. De mediaoorlog is al aan de gang. Het hoofd communicatie van de S.G.K. bleek erg korte lijntjes te hebben met Streekgids. Hoe kort dat lijntje exact is, daarover doen allerlei geruchten de ronde. Misschien is dat lijntje wel langer en dikker dan we denken, het is komkommertijd of niet.
Bijna halfweg, terug naar het punt: ook die uitwisselbare munt is er dus niet gekomen. Je kunt de kermistentmunt niet besteden bij de SHEG-locaties (Stichting Horeca Evenementen Groenlo) en vice versa.
Jammer, dat splitst het kermisgebeuren toch in tweeën. En in Groenlo hebben ze eenheid nodig, ook als ze niet verkleed zijn.
Sinds het verdwijnen van het bloemencorso en het vuurwerk op zaterdagavond is er ook al geen centrale opening. En de mensen willen graag een centrale opening, al is het die van Marcel Oldenkotte, de voorzitter van de S.G.K, een opening waarover ook geruchten de ronde doen.
De wethouder heeft schoon genoeg van de grote kibbelende kinderen in zijn jurisdictie, zie zijn ongecensureerde uitspraken op pagina 3 (als de opmaak de boel tenminste niet door mekaar heeft gegooid).
Dan Lichtenvoorde. Één volk. Één stem. Één munt. Één voetbalvereniging. Één dahlia. De totale eenheid. Die totale Einheit, zoals ze in Suderwick zouden zeggen. Om over al die hyperburgerparticiperende kerkdorpen met megagemeenschapszin nog maar te zwijgen. Zij weten hoe het moet (als ze er tenminste genoeg subside voor krijgen).
In Groenlo is natuurlijk wel een panelenroute, een soort bloemencorso zonder wieltjes. Niet zo groot als het corso in Lichtenvoorde, maar eigenlijk ook best wel leuk, zeg maar. Tenslotte wordt in de hoofdkern groter weleens verward met creatiever.
Maar goed, ik zal het het komend weekend eens in me opzuigen, die Grolse kermis. Of is het Grolse Kermis met twee hoofdletters?
Ik hoop in ieder geval dat je in de op een na grootste kern van Oost Gelre tijdens die andere (iets minder grimmige) Slag om Grolle wel overal met florijnen kunt betalen.