Het bestuur van Netwerk Boerenkans: Agnes te Molder, Ans Post (midden) en Jan Tiggeloven
Het bestuur van Netwerk Boerenkans: Agnes te Molder, Ans Post (midden) en Jan Tiggeloven Foto: Bernhard Harfsterkamp

Netwerk Boerenkans wil boeren in nood helpen

ACHTERHOEK - Op tijd signaleren dat boerenbedrijven in nood zijn en zorgen dat de boer hulp en ondersteuning krijgt is een van de belangrijkste taken van de relatief nieuwe stichting Netwerk Boerenkans Achterhoek. Dat doen de bestuursleden niet zelf. Ze proberen een netwerk op te bouwen van zogenaamde erfbetreders. Dat zijn de dierenarts, de voedselleverancier, de accountant en al die anderen die het boerenerf zo nu en dan betreden. Zij kunnen vroegtijdig constateren of er problemen zijn en met behulp van het netwerk zorgen dat er wat aan gedaan wordt.

Door Bernhard Harfsterkamp

Ans Post en Jan Tiggeloven, bestuursleden van de stichting Boerenkans, zijn net terug van een netwerkbijeenkomst in Lochem, want Boerenkans is actief in de gehele Achterhoek. Deze bijeenkomst wordt twee keer per jaar georganiseerd om alle verschillende erfbetreders met elkaar kennis te laten maken, maar ook om gemeenten te informeren over het werk van de stichting. Elke keer wordt er bovendien een thema uitgediept. Dit keer was er een presentatie door de Vlaamse organisatie Boeren op een kruispunt, die als voorbeeld voor het Netwerk Boerenkans heeft gediend. Het grote verschil is dat de Vlaamse organisatie gefinancierd wordt door de overheid en beroepskrachten heeft, die boeren met problemen helpen. De Vlamingen zijn al acht jaar bezig.
In Nederland is er al wel een landelijk project geweest. Dat stopte in 2013. Dat vonden Ans Post, notaris in Winterswijk en actief in de Vereniging voor Agrarisch Specialisten in het Notariaat en Jan Tiggeloven, die als medewerker van het Plattelandshuis betrokken was bij het project, jammer. Derde bestuurslid is Agnes te Molder. Als ex-boerin kent zij de mogelijke problemen van boeren goed. Zij is al vele jaren actief als ondersteuner en begeleider van boeren en tuinders bij de organisatie Zorg om boer en tuinder (ZOB). Te Molder of een van de andere Achterhoekse vrijwilligers gaat als het netwerk een probleem bij een boer heeft gesignaleerd uiteindelijk naar die boer toe. Maar pas nadat zeker is dat er werkelijk problemen zijn en de boer hulp op prijs stelt
De netwerkbijeenkomsten met de diverse erfbetreders zijn er ook om ervaringen uit te wisselen en contacten met elkaar te krijgen. Het signaleren van een mogelijk probleem kan beginnen omdat bijvoorbeeld de voerleverancier een dood dier op het erf ziet liggen, dat er bij een volgend bezoek nog steeds ligt. Of de accountant constateert dat er rekeningen niet betaald zijn. Dat kunnen incidenten zijn, maar doordat het de bedoeling is dat het Boerenkans Netwerk stimuleert dat de verschillende erfbetreders elkaar kennen, zullen zij gemakkelijker de signalen aan elkaar doorgeven. Daardoor kan geconstateerd of er werkelijk iets aan de hand is en kan de vrijwilliger van het ZOB ingeschakeld worden.
Post benadrukt dat het niet alleen om financiƫle problemen bij boeren gaat. Een agrarisch ondernemer kan zich ook ongelukkig voelen omdat die de verwachtingen van anderen niet kan waarmaken. Of omdat de onzekerheid over de ontwikkelingen in de (internationale) landbouw steeds groter wordt. De fosfaatproblematiek zit momenteel bijvoorbeeld veel boeren dwars. Vooral als ze fosfaatrechten moeten gaan kopen. "Boeren willen boer zijn", zegt Tiggeloven, "en zijn vaak geen ondernemer. Ondernemen kunnen ze niet allemaal." Omdat vanuit de georganiseerde landbouw alleen groei wordt gestimuleerd, zijn kleine bedrijven niet levensvatbaar, hoewel er boeren zijn die heel tevreden zijn met hun kleine bedrijf. Post vindt het jammer dat er in de publiciteit alleen aandacht is voor de "kampioenen". "Je leest nooit een verhaal over boeren die het minder goed doen en over hun problemen."
Het Boerenkans Netwerk is momenteel bezig om meer bekendheid te krijgen. Niet alleen de vele erfbetreders moeten van het netwerk weten, maar ook de gemeenten. "Ik wil er met alle plezier tijd in stoppen", zegt Ans Post, "maar ik wil wel het gevoel krijgen dat het gedragen wordt en bekend is bij de politiek." Ook de gemeentelijke zorgloketten zouden van het bestaan van Boerenkans moeten afweten. Daarom is er nu een website en een brochure. Dankzij enkele sponsoren was daar budget voor. De stichting wil overigens geen subsidie van de gemeenten. Post en Tiggeloven willen alleen graag dat de gemeenten het project mee dragen en uitdragen. Zeker omdat er telkens weer boeren op een kruispunt terecht komen, waarop ze moeten kiezen of en hoe ze verder gaan met het boerenbedrijf of dat ze stoppen en ander werk gaan zoeken. Goede begeleiding daarbij vindt het Boerenkans Netwerk zeer belangrijk.


www.boerenkansachterhoek.nl