Henk Gerrits met een jonge vluchtelinge. Foto: Wilma van der Donk
Henk Gerrits met een jonge vluchtelinge. Foto: Wilma van der Donk Foto: Wilma van der Donk

Grols paar ziet vluchtelingenleed van dichtbij

Ellende van vluchtelingen op Grieks eiland laat onuitwisbare indruk na

Groenlo - Het zou een gewone vakantie worden voor Wilma van der Donk en Henk Gerrits uit Groenlo. Vanwege Henks belangstelling voor geologie koos het paar voor Lesbos om daar het bekende 'versteende woud' te bezoeken. De reis was geruime tijd geleden al geboekt toen het eiland nog niet werd overspoeld door vluchtelingen.

Door Kyra Broshuis

Bij aankomst op 4 september in de stad Mytilini zien Wilma van der Donk en Henk Gerrits tientallen mensen lopen. "We zagen al snel dat het vluchtelingen waren. We kwamen in gesprek met mensen en hoorden dat er elke dag duizenden vluchtelingen met gammele bootjes aan land kwamen in het noorden van Lesbos. Wat we zagen in Mytilini was verschrikkelijk: duizenden mensen bivakkeerden langs de weg, lange rijen voor een openbaar toilet en een vreselijke stank in het centrum van de stad. Wanhopige vluchtelingen probeerden op een veerboot naar het vasteland te komen, ze werden met wapenstokken uiteengeslagen. Wat we aan de noordkant van het eiland was zo mogelijk nog erger."

"Het zou ook ons kunnen overkomen"

Het huisje dat het paar heeft gehuurd in Molyvos, aan de noordkant van het eiland, ligt direct aan zee. "Met een verrekijker zagen we de rubberbootjes aankomen. Bootjes die bestemd zijn voor maximaal 15 personen vervoeren wel 50 mensen. En dat ging de hele dag door. We hebben de verhalen van de vluchtelingen zelf gehoord. Ze betaalden soms wel meer dan duizend euro aan een mensensmokkelaar. Sommigen weigerden in te stappen toen ze de gammele bootjes zagen, zij werden met een geweer gedwongen toch in te stappen. Vrouwen en kinderen in het midden en de mannen aan de zijkanten. Met één rugzak met daarin alle bezittingen. Ze moesten 100 euro betalen voor ondeugdelijke zwemvesten. Veel boten hadden niet genoeg benzine. We zagen gillende mensen en grote paniek; velen kunnen niet zwemmen. In het weekend dat wij er waren, zijn er 28 mensen verdronken. Een kindje verdronk in het zicht van de haven, in het donker. Verschrikkelijk."
Het Groenlose paar koos ervoor niet weg te kijken maar de handen uit de mouwen te steken. "Er waren veel hulpverleners maar het aantal vluchtelingen is vele malen groter. De hulpverleners deden wat ze konden maar het is dweilen met de kraan open. We hebben ontzettend veel respect gekregen voor de hulpverleners die vanuit diverse landen op Lesbos waren. Ze werken dag en nacht en dat helemaal vrijwillig, zelfs hun ticket betalen ze zelf." Zelf zijn Van der Donk en Gerrits ook het strand op gegaan om te helpen. "Het was zo indrukwekkend," vertelt Wilma. "Volwassen mannen vlogen Henk om de nek en stonden te huilen als kleine kinderen. We hebben geholpen om de mensen aan te land te krijgen, water te geven en kinderen op te vangen."
Dat de vluchtelingen 'gelukszoekers' worden genoemd, steekt het paar. "Wie is nou geen gelukszoeker, dan doen we toch allemaal? Wij weten de oplossing voor dit grote probleem ook niet maar wat we gezien hebben heeft ons ontzettend aangegrepen." De angst en de wanhoop in de ogen van de mensen en vooral in de ogen van de kinderen, het achtervolgt vooral Wilma nog elke nacht. Henk Gerrits vindt het belangrijk dat de Nederlanders de realiteit onder ogen zien. "Ik sprak een vluchteling en hij vertelde me zijn verhaal. Hij zei: 'Als je mij vijf jaar geleden verteld had dat ik alles achter me zou moeten laten om mijn gezin te redden, had ik je nooit geloofd.' Maar het zijn mensen zoals jij en ik. Het zou ook ons kunnen overkomen, probeer je dat eens voor te stellen."
Hoe het nu gaat met de mensen die ze geholpen hebben, weten ze niet. "Het was zo druk, we hebben zoveel mensen gesproken, het is onmogelijk om contact te houden. De kinderen hebben een onuitwisbare indruk achtergelaten, maar we weten niet hoe het nu met ze gaat. Ik hoop dat ze een warm welkom krijgen, waar ze ook terecht komen. Het hadden ook onze kinderen en kleinkinderen kunnen zijn."
Op de vraag of ze liever niet naar Lesbos waren gegaan is het antwoord duidelijk. "Oh nee, zeker niet. Het was verschrikkelijk wat we gezien hebben, maar we zijn blij dat we wat hebben kunnen doen. Het heeft veel impact gehad en we zijn in onze ziel geraakt door het leed van de mensen daar. Toch is het een verrijking geweest voor ons. We hopen dat Nederland als een beschaafd land blijft handelen met compassie en respect voor deze mensen in nood."