Brandweer kent een hechte groep vrijwilligers
OOST GELRE - Burgemeester Annette Bronsvoort nam het in de raadsvergadering op voor de leden van de vrijwillige brandweer in Oost Gelre. De reactie van de portefeuillehouder brandweer was het gevolg van een door OOG-raadslid Ronald Willering gestelde vraag. Deze had te maken met de door hem opgevangen signalen, waaruit blijkt dat er sprake zou zijn van een leegloop van leden bij de brandweer, omdat de vrijwilligers onder hen zich niet gewaardeerd voelen.
Door Theo Huijskes
"Ondanks dat de portefeuillehouder binnen het college terdege oog en oor heeft voor de positie van de vrijwillige brandweer, neemt dat onze zorg over de positie van deze brandweervrijwilligers niet weg", aldus Willering. Het raadslid van de Onafhankelijken Oost Gelre kwam zelfs met het tv-programma EenVandaag op de proppen, waarin uitgebreid met ontevreden brandweermedewerkers werd gesproken, die overigens onherkenbaar in beeld kwamen.
"Voornaamste punten van kritiek zijn de bureaucratie, overdaad aan management en minder betrokkenheid als gevolg van opschaling van de organisatie", aldus Willering, die zich in dat verband afvroeg of die signalen ook voorkomen binnen het brandweerkorps van Oost Gelre.
"Wij als college en ik als portefeuillehouder hebben terdege oog en oor voor de brandweer en dat zeker voor de vrijwilligers", aldus Annette Bronsvoort. "Over terugval, laat staan een leegloop van vrijwilligers is in Oost Gelre totaal geen sprake. Wij hebben nog steeds, en dat in zowel Groenlo als Lichtenvoorde, de beschikking over een korps, dat op volle sterkte is. De door EenVandaag verspreide signalen zijn voor ons niet herkenbaar." Volgens Bronsvoort heeft de opdringende bureaucratie te maken met het feit dat er de laatste tijd tal van veranderingen zijn met betrekking tot de beroepsorganisatie. "In de situatie Oost Gelre is er in ieder geval volop aandacht voor zowel het personeel als het materieel. Wij kunnen hier spreken van een bijzonder hechte groep vrijwilligers. Daarnaast heb ik een periodiek overleg en zet mijn betrokkenheid in daar wat dat mogelijk is. Tenslotte zeg ik toe dat bij een eerstvolgende themabijeenkomst de rol van de vrijwilligers een prominente rol krijgt."
