Pim Nijkamp op zijn zelfgebouwde Caféracer.
Pim Nijkamp op zijn zelfgebouwde Caféracer. Foto: Henri Walterbos

Pim Nijkamp pimpt barrel op tot fonkelnieuwe Caféracer

'Het zelf maken van onderdelen voor een motor is mooi werk'

Door Henri Walterbos

GROENLO - Op zijn twintigste mag hij er pas op rijden, maar zijn passie voor motoren is dusdanig groot dat hij besloot om op 14-jarige leeftijd al zijn eigen motor te gaan bouwen. Pim Nijkamp (15) schafte een oud barrel, type shopper 'apenhanger,' aan voor 300 euro en pimpte het in een paar maanden tijd op tot een 'fonkelnieuwe' Yamaha XS400 oftewel een Caféracer voor de liefhebbers. Thuis in de schuur staat ie glimmend te wachten op een nieuwe eigenaar. Pim heeft het racemonster namelijk te koop gezet, omdat hij er eenvoudigweg toch niet op mag rijden, en hij staat in de startblokken om aan zijn tweede project te beginnen. Het oppimpen van een BMW K75, 750 cc 3 cilinder, uit 1975,die hij aanschafte. "BMW is degelijk, goede kwaliteit, dat wordt een injectie. Daar kan ik weer dingen meedoen die ik geleerd heb tijdens het bouwen van de Yamaha, maar het is totaal anders."

Discovery Channel
Als hij praat over zijn passie heb je geenszins het idee met een 15-jarige scholier te praten, maar met een gedreven vakman. Namen van onderdelen vliegen over tafel alsof het niets is. Op Discovery Channel keek de scholier techniek op het Marianum in Lichtenvoorde altijd graag naar het programma Café Racer, met daarin centraal de tot sportmodel omgebouwde standaardmotor, waarbij aanzienlijke concessies gedaan zijn aan het comfort. Het type is genoemd naar The Ace Cafe, een ontmoetingspunt van motorrijders in Engeland in de jaren vijftig. "Vroeger waren de motoren lang niet zo snel als tegenwoordig. Dan haalden ze er zoveel mogelijk af om de motor zo snel mogelijk te maken, dus besparing op zadel, op kappen. De mensen wilden de motor ook graag zo laten lijken alsof ie uit de grand-prix kwam en dat het een replica leek van de motor van Mike Hailwood, Engels wegracer uit de jaren 60/70."

Kriebelen
Hoe meer hij naar de afleveringen van Caféracer keek, waarin motoren omgebouwd werden tot caféracer, hoe meer het bij hemzelf begon te kriebelen. "Het zelf maken van onderdelen voor een motor is mooi werk. Er komt bij het bouwen van een caféracer veel meer kijken dan bij het bouwen van een motor uit de fabriek, met een computer. De zadels maken ze zelf, de tanks lassen en kloppen ze zelf. Dat is het mooie eraan. Iedereen heeft dan zijn eigen verhaal over zijn motor. Ik heb nieuwe onderdelen gekocht, de tank was van binnen helemaal verroest en ik heb een andere tank passend gemaakt, een nieuw voorspatbord en achterspatbord erop, nieuwe knipperlichten, handvatten, het zadel heb ik van echt leer zelf gestoffeerd, het hele frame gespoten, het blok deels gereviseerd met overal een nieuwe pakking erop zodat ie weer als nieuw is, carburateurs gereinigd en afgesteld. Motorisch is er verder niet veel aan gebeurd. Hij loopt weer als nieuw."

Meeste zelf aangeleerd
Was Pims vader laaiend enthousiast, moeder was minder enthousiast. "Mijn vader vind het al mooi dat ik niet hele dagen zit te gamen. Lang stilzitten is niks voor mij. Ik vind het gewoon mooi om iets te maken waarvan je kunt zeggen dat jij dat gemaakt hebt. Mijn moeder zei 'wat moet je daarmee? Je hebt nog helemaal geen kennis. Dat was ook zo, maar je leert zo ontzettend veel als je het loshaalt. Het meeste heb ik mezelf aangeleerd."

In de vakanties werkt Pim bij Motorservice Peeters Lichtenvoorde. "Beurtjes, bandjes opleggen en oliefilters kan ik allemaal wel. In de toekomst wil ik daar ook mijn opleiding doen. Ik leer er ontzettend veel. Ik heb er ook dingen kunnen doen voor mijn motor. Vaak gewoon proberen en als iets niet lukt dan moet je toch zelf een oplossing zien te vinden." Zijn droom is om later voor zichzelf te beginnen met het bouwen van caféracers. "Een motor bouwen zoals de klant dat wil. Dan heb je iets aparts. Voorlopig blijf ik bij Peeters werken. Daar kan ik heel veel leren. Dat is veel leuker dan achter de computer."