Gemakstool

Nee, u hebt het helemaal verkeerd begrepen. Het woord gemakstool is niet de Achterhoekse term voor wc, privaat, plee, poepdoos of hoe u het kleinste kamertje ook maar noemt. En hoewel stool inderdaad stoel betekent heeft het ook helemaal niets te maken met onze stoelgang. Een gemakstool is gewoon een stoel waarin je lekker, op je gemak kunt zitten. Een stoel dus, die op z'n minst armleuningen heeft.

De Achterhoekse boerderijen en woonhuizen waren vroeger niet bepaald overdadig gemeubileerd. Natuurlijk moest je na gedane arbeid even kunnen gaan zitten en ook werd het eten niet staande genuttigd. Maar daarvoor had je aan een eenvoudige stoel voldoende. Meestal was dat een rechte houten stoel met een biezen mat. Zo'n Oud-Hollandse stoel met stijlen en knopjes. Daarom werd ie vaak knöpkesstool genoemd. Maar ook wel gewoon kökkenstool, omdat deze stoelen meestal in de keuken te vinden waren. Vermoedelijk waren er in Deventer meubelmakers die ze maakten, want in sommige plaatsen (bijvoorbeeld in Keppel) werden ze ook wel Daeventer stoel genoemd. En in Zevenaar had men het over een Hannek-recht-op.

Met armleuningen er aan heette diezelfde stoel dus gemakstool. Of ook wel lönningstoel.

Oh ja, nog even op die stoelgang terugkomen. Je had wel degelijk een stoel die (ook) als toilet dienst deed. De kakstoel. Maar die was alleen voor peuters bedoeld. Een kakstoel was namelijk niets anders dan een kinderstoel, waarin je jongste veilig zat. Met in de zitting een gat waaronder je een potje kon zetten. Had je helemaal geen omkijken meer naar je jongste….