Jeroen Tank (links) en Ben Verheij (rechts) zetten de plannen uiteen met betrekking tot de verhuizing van het Stadsmuseum naar de Oude Calixtus. Foto: Theo Huijskes
Jeroen Tank (links) en Ben Verheij (rechts) zetten de plannen uiteen met betrekking tot de verhuizing van het Stadsmuseum naar de Oude Calixtus. Foto: Theo Huijskes

Stadsmuseum verhuist naar Oude Calixtus

1 miljoen euro voor veel groter en aantrekkelijker museum

Door Theo Huijskes

GROENLO - Het Stadsmuseum van Groenlo, momenteel gehuisvest in het monumentale voormalige politiebureau aan de Mattelierstraat 33, gaat verhuizen naar de Oude Calixtus aan de Markt (officieel aan de Mattelierstraat 5). Een en ander werd afgelopen donderdagmorgen officieel bekend gemaakt door Jeroen Tank, voorzitter van de Stichting Stadsmuseum Groenlo, en Ben Verheij, voorzitter van de Stichting Oude Calixtus Groenlo. Na een reeds in 2017 ingezette eerste verkenning en vervolgens een uitvoerig voor-, tevens onderzoekstraject, is het de bedoeling dat de definitieve planfase in 2019 en de definitieve uitvoeringsfase in 2020 gaat plaatsvinden. Met de verhuizing en in het bijzonder met het situeren, inrichten en aankleden van het museum in de Oude Calixtus is een bedrag gemoeid van circa één miljoen euro.

'De keuze voor de Oude Calixtus is een gouden greep!'

Jeroen Tank en Ben Verheij laten weten dat de besturen van beide stichtingen samen het besluit hebben genomen om een nieuw en met name groter museum in de Oude Calixtus te bewerkstelligen. "Onder de werktitel 'Museum 1627' - Het Andere Verhaal - hebben wij maar één doel oftewel uitgangspunt en dat is de realisatie van hét museum van de Tachtigjarige Oorlog in de Achterhoek", aldus beide voorzitters in koor. Aangevuld door Jeroen Tank met de opmerking dat hierbij de lat extra hoog wordt gelegd. "De kans dient zich aan om het vestingstadje Groenlo te verrijken met een museum, dat als grote tegenhanger kan fungeren van, anders gezegd zich kan meten met de grote musea in dit land. Het huidige Stadsmuseum trekt op jaarbasis 3.500 tot 4.000 bezoekers. De resultaten van alle vooronderzoeken tonen aan dat in de nieuwe setting een bezoekersaantal van minimaal 15.000 per jaar mogelijk moet zijn. Het is inderdaad een plan met een hoog ambitieniveau, maar zeker niet onhaalbaar."

Historie koppelen aan toerisme
"De ambitie van het in 1938 opgerichte Stadsmuseum is tachtig jaar later enorm groot", geeft Tank aan. "Wij kunnen en willen veel meer. Als museum zijn wij thans niet alleen veel te klein om grote groepen te kunnen ontvangen, maar daarnaast ook nog eens te veel naar binnen gericht. Als officieel geregistreerd museum in dit land, hetgeen betekent dat wij aan alle daarbij horende eisen moeten voldoen, treden wij onvoldoende naar buiten. Groenlo en in het bijzonder het oude Groenlo, en daarmee doel ik met name op het unieke verhaal over de belegering in 1627 van Grolle door stadhouder Frederik Hendrik, heeft veel meer te bieden dan dat er nu naar buiten wordt gebracht. De omvangrijke geschiedenis over de Tachtigjarige Oorlog in de Achterhoek heeft hiermee tal van raakvlakken, waarvoor in het huidige museum geen plek is, maar die in het nieuwe museum een prominente plaats moeten krijgen, zodat wij nog meer dan voorheen de historie aan het toerisme kunnen koppelen." Namens de Oude Calixtus laat Verheij, overigens ook bestuurslid van de Stichting Stadsmuseum Groenlo, weten dat de plannen van het Stadsmuseum helemaal passen in het toekomstplaatje van de Oude Calixtus. "In feite dient dit initiatief zich op het juiste moment aan. Dit heeft alles te maken met het inmiddels tien jaar oude klank- en lichtspel waarmee wij, gelet op de hiervoor sterk verminderde belangstelling en de optredende technische problemen, aan het eind van ons Latijn zijn. Naast de overige gebruikelijke activiteiten en evenementen komt deze aanvulling dus als geroepen."        

Uitvoerige onderzoeksrapportage
In de aanloop naar de definitieve beslissing zijn de beide stichtingen niet over één nacht ijs gegaan. In nauwe samenwerking met Erfgoed Nederland, Radboud Universiteit Nijmegen, Nationaal Militair Museum Soest, Saxion Hogeschool Deventer en Enschede, alsmede de gemeente Oost Gelre, provincie Overijssel en de Euregio, werd er uiteindelijk een rapport van 60 tot 70 pagina's samengesteld met slechts één, duidelijke slotconclusie: 'De keuze voor de Oude Calixtus is gelet op alle uitgangspunten en doelstellingen een gouden greep!'

Voor de daadwerkelijke uitvoering van deze gouden greep zal de Oude Calixtus een metamorfose ondergaan. Zo zullen er op de begane grond een balie, garderobe en shop gerealiseerd worden, alsmede een introductie- en horecaruimte. Op de eerste verdieping vindt de grootste verbouwing c.q. nieuwbouw plaats. Dit onder andere in verband met het aanbrengen aldaar van een kantoor annex bibliotheek en twee grote tentoonstellingsruimten boven de beide zijbeuken, die met een verbindingsbrug met elkaar worden verbonden. De benedenvloer in de Oude Calixtus blijft beschikbaar voor allerlei activiteiten en evenementen, zoals die de laatste jaren in de kerk plaatsvinden.

De investeringsbegroting, waarop een bedrag van circa één miljoen euro prijkt, is onderverdeeld in een bedrag van 900 duizend euro voor de totale verbouwing inclusief de museale aanpassing, 50 duizend euro voor de verhuizing van het Stadsmuseum, 25 duizend euro voor promotie- en openingskosten en 25 duizend euro voor diversen. Wat er te zijner tijd met de huidige locatie van het Stadsmuseum aan de Mattelierstraat gaat gebeuren, is nog niet bekend.