Gaan we de Grolse franje heel erg missen?

Over het coronavirus hoef ik jullie niks meer te vertellen, beste Grollenaren. Deskundigen tuimelen nog elke dag over elkaar heen, maar wat je als eenvoudig mens wel kunt concluderen is dat we deze terrorist voorlopig nog niet onder controle hebben. Het gevolg daarvan is een enorme ‘grip’ van de Rijksoverheid op de burgers die ik overigens wel begrijp. Het strekt zich uit tot de verste uithoeken van dit land. Normaal weten ze in het westen de Achterhoek nauwelijks te liggen, laat staan te vinden, maar nu wel en komen de maatregelen heel ‘goed’ door.

Even afgezien van de ernst van de ziekte is het zo dat door deze pandemie het hele sociale en culturele leven lam ligt, om over de economie nog maar te zwijgen. Het is volgens mij zo dat een plaats een rijk sociaal en cultureel leven moet aanbieden waarbij de inwoners zich thuis voelen, zich prettig voelen en dat nodigt weer uit tot andere initiatieven. Die situatie doet zich of beter gezegd deed zich altijd voor in onze eigen stad Grolle, een plaats waar ik maar niet genoeg van kan krijgen en die als een geliefde elke dag weer betovert en verrast. Zo is het wel weer genoeg Torenwachter. Oké.

Maar nu zit de klad er goed in. Ik moet eerlijk zeggen dat aanvankelijk dat dreigende beeld van een volledig lam liggende samenleving niet helemaal goed tot me doordrong. Ja, tot jullie weer wel natuurlijk, maar ik zag niet direct de ernst en de omvang van de maatregelen.

Totdat ik op een dag langs het sociaal cultureel centrum de Mattelier fietste; ik zag dat alles dicht zat. Er was geen fuck meer te doen, daar waar normaal het sociaal en cultureel leven bruist en bloeit. Het sportieve deel ligt ook plat. Wat hardlopers en skeelers kunnen zich gelukkig nog een weg banen over eenzame paden, maar het voetbal lag er lang uit en heeft nu toch nog met veel beperkingen te maken. De promotie van de Grol kan die stemming ook niet echt opvrolijken.

Cafés en restaurants zijn dan wel open maar die 1,50 meter voorwaarde is geen prettige omstandigheid en leidt er niet toe dat je met de armen om elkaar heen vrolijk zingt dat we toffe jongens zijn. De toffe jongens zijn momenteel ver te zoeken. En nu vrees ik dat we de komende tijd nog eens hard op de feiten worden gedrukt. Want alle grote festijnen zijn afgelast en het lijkt er helaas op dat daar de komende tijd weinig verbetering in komt.

De kermissen gaan allemaal niet door; volksfeesten dus daar waar juist de franje in het dagelijkse leven ontstaat. En ik vrees ook voor de carnavalsactiviteiten, normaal zijn die jongens en meisjes al druk bezig met de voorbereidingen. Maar hoe moet je die 1,50 meter overbruggen?

Misschien ligt hier toch een uitdaging, vooral voor de carnavalisten want dat zijn de mensen die hun fantasie moeten laten spreken, die altijd al een rijk creëren dat niet bestaat maar dat wel wordt beleefd. Daar heb je dus veel fantasie voor nodig. Het zou mooi zijn als er toch allerlei nieuwe dingen worden bedacht. En daarom roep ik alle verenigingen, instellingen en clubs op om er toch iets van te maken. Het is een enorme uitdaging, maar in nood worden de mooiste dingen geboren.

Het zou mooi zijn als er uit deze treurige situatie een nieuw elan zou ontstaan en dat we later kunnen zeggen: dat hebben we samen toch maar mooi gered.

Mijn bijdrage reikt helaas niet veel verder dan deze suggestie.


Torenwachter