Bennie en Annie Krabbenborg in de achtertuin van hun woning. Foto: Theo Huijskes
Bennie en Annie Krabbenborg in de achtertuin van hun woning. Foto: Theo Huijskes Theo Huijskes

Hoe gaat het met u?

Deze week Bennie & Annie Krabbenborg en Appie & Betty Hemeltjen

Door Theo Huijskes

GROENLO - Hoe komen velen onder ons in de huidige coronatijd de dagen door? Kortom, hoe gaat het met hen? Correspondent Theo Huijskes sprak met een aantal in of niet meer in Groenlo woonachtige stadsgenoten.

'Wij kunnen niet zonder de Vincentiusvereniging'
Wanneer je bij Bennie en Annie Krabbenborg aan de Morgenzonstraat voor een dichte deur komt, heeft dat in de regel maar één reden. Beide echtelieden zijn dan volop bezig om vanuit het gedachtegoed van de voormalige Franse weldoener en kloosterstichter Vincentius à Paolo een aandeel te leveren aan het werk van de plaatselijke Vincentiusvereniging. De in geheel Groenlo omarmde vereniging, die lokaal een uitstekend op elkaar afgestemde vrijwilligersorganisatie vertegenwoordigt, werd reeds opgericht in 1853.

Nadat in eerste instantie Annie haar intrede deed bij de Vincentiusclub, waar zij al meer dan 25 jaar onderdeel van uitmaakt, met name als coördinator van de damesgroep die ingezamelde kleding verwerkt, heeft ook Bennie al jaren achtereen onvoorstelbaar veel vrijwilligerswerk verricht maar dan op het gebied van de aan- en afvoer van allerlei huishoudelijke goederen. Gezeten aan de keukentafel, kijken Annie en Bennie elkaar aan. “Los van de gevolgen van de huidige coronacrisis, bepaalt de Vincentiusvereniging voor een groot deel ons leven. Wij hebben binnen de vereniging met elkaar een fantastische groep, waarbinnen een voortreffelijke sfeer heerst, de organisatie staat als een huis, de goede sociale contacten zijn een verrijking, kortom het totaal geeft ons bijna dagelijks een goed gevoel”, zo laat het echtpaar weten. In het verlengde daarvan wil Bennie één persoon bij naam noemen en dat is wijlen Jan Mali, waarmee hij een prachtige, onvergetelijke periode van bijna 15 jaar heeft samengewerkt.

Bennie Krabbenborg (87), voorheen werkzaam in de vleesindustrie, is in 1933 in Zieuwent geboren in een gezin met 18 eigenlijk 19 kinderen. Bennie: “Dit komt omdat ons gezin twee moeders heeft gehad. Mijn eigen moeder is op jonge leeftijd overleden. En dan te bedenken dat er naast de 18 jongens en meisjes ook nog plaats was voor een pleegkind. Het grote gezin kreeg extra omvang omdat ook opa en oma bij ons inwoonden en zich tijdens de Tweede Wereldoorlog ook nog een onderduiker aandiende.” Annie Krabbenborg (82), geboren in 1938 in Groenlo, is een dochter van Hein en Marie Abbink in destijds de Oranjestraat, die een gezin hadden met acht kinderen. “Wij hebben elkaar eind vijftiger jaren ontmoet op een feest in Zieuwent, zijn in 1962 getrouwd en zijn van meet af aan woonachtig geweest in deze, voor het toen hoge bedrag van 17.500 gulden gekochte, nieuwbouwwoning. Tevens de plek waar onze drie kinderen (Mirjam, Maurice en Miranda) zich aandienden, die inmiddels gezorgd hebben voor drie kleinkinderen, allemaal jongens.”

Terug naar vroegere jaren, heeft het vrijwilligerswerk altijd centraal gestaan bij het echtpaar Krabbenborg. Zo heeft Annie naast haar twee periodes CDA-raadslidmaatschap in de gemeente Groenlo, zich ook waargemaakt als voorzitter van de GKV (Gelderse Katholieke Vrouwen) afdeling Groenlo, alsmede als vrijwilligster bij organisaties als De Molenberg en De Stuurgroep in Groenlo. Daarnaast heeft Bennie zich als vrijwilliger onder andere verdienstelijk gemaakt op kerkelijk terrein, ten behoeve van de jaarlijkse bejaardentocht en diverse andere aangelegenheden. Maar ondanks de aandacht daarvoor, blijft het Vincentiuswerk voor het echtpaar Krabbenborg-Abbing het allerbelangrijkste op dit moment. “Het was, is en blijft ons leven. Samen kijken wij nu uit naar de op stapel staande verhuizing naar de nieuwe locatie aan de Ruurloseweg. Hopelijk laat onze gezondheid het toe dat wij ons ook daar nog verdienstelijk kunnen maken voor deze prachtige club!”

'Het vestingstadje Groenlo zit diep in mijn hart'
Velen in Groenlo, met name in de jaren veertig van de vorige eeuw geboren leeftijdsgenoten, zullen hem herkennen als de zoon van de voormalige, in tal van opzichten karakteristieke Grolse kapper Albart Hemeltjen in de Notenboomstraat in hartje Groenlo. Hij werd op 3 juli 1944 geboren in een gezin dat twee moeders kende, die samen zorgden voor in totaal zeven kinderen. Hij is het vierde en laatste kind van de eerste moeder, die kort na zijn geboorte op veel te jonge leeftijd kwam te overlijden. Voor een ontmoeting met oud-Grollenaar Appie Hemeltjen rijd ik naar Winterswijk, alwaar mijn gast voor de rubriek ‘Hoe gaat het met u?’ sedert 2005 en dat tegelijkertijd met zijn pensionering woonachtig is in de straat Meijerink.

In het bijzijn van zijn, in de koekstad Deventer geboren echtgenote Betty Hackman, waarmee hij in 1968 is getrouwd, volgt een gesprek waarbij naast zijn geboortestadje Grolle tal van andere plaatsen en steden in dit land voorbijkomen. Dit alles heeft te maken met zijn opleidingsrichting en vervolgens zijn werk bij de Nederlandse Spoorwegen. “Na de basisschool St. Canisius in Groenlo heb ik de technische school in Lichtenvoorde gevolgd om vervolgens als metaalbewerker aan de slag te gaan bij Wassink in Winterswijk. Na de militaire dienst en een uitstapje richting Suriname, heb ik al mijn zinnen gezet op een baan bij de NS. Ik ben er nog steeds trots op dat daarmee een droom in vervulling is gegaan en dat ik in 2005 na circa 40 jaar treinmachinist te zijn geweest met pensioen kon gaan. Alvorens wij hier kwamen wonen, hebben wij in eerste instantie onder andere in en rond Amsterdam dan wel in Osdorp gewoond en verder een behoorlijk lange tijd in Zutphen.” Appie en Betty hebben samen twee kinderen gekregen, te weten de 51-jarige zoon Albart (genoemd naar opa Hemeltjen), die in België woont en de 49-jarige dochter Lucia, die in Neede woont. “Samen hebben zij gezorgd voor vier kleinkinderen, zijnde een meisje en drie jongens. En daarvan mogen wij de gelukkige opa en oma zijn!”

Wanneer ik de vraag stel waar de achternaam ‘Hemeltjen’ vandaan komt, moet Appie toegeven dat hij daar geen al te duidelijk antwoord op kan geven. “Ondanks dat ik weet dat mijn vader in Harderwijk is geboren, is mij na een stamboomonderzoek gebleken dat de familie Hemeltjen van oorsprong afkomstig is uit de Overijsselse hoek Bathmen-Holten. Daar schijnt een boerderij te hebben gestaan of nog te staan met de naam ’t Hemeltjen. Mijn vader heeft zich daar nooit zo druk over gemaakt. Toen hij jong was, wou hij maar één ding en dat is kapper worden. Het gevolg was dat hij er op jonge leeftijd op uittrok als leerling-kapper om her en der ervaring op te doen. Zodoende is hij in Groenlo beland, waar hij het altijd reuze naar zijn zin heeft gehad. Een en ander onder andere jarenlang als lid van het kerkkoor van de RK Calixtuskerk. Toen er binnen dat koor in de jaren veertig van de vorige eeuw de nodige strubbelingen waren, heeft hij zelfs een steentje bijgedragen aan de oprichting van het mannenkoor Inter Nos.”

Dat het vestingstadje Groenlo diep in het hart van Appie zit, bewijst wel het feit dat hij al jaren achtereen lid is van de Oudheidkundige Vereniging Groenlo en dat hij niet alleen medeoprichter is, maar heden ten dage ook actief bestuurslid (secretaris) van de in 1976 in het leven geroepen Club van Old Grolschen.

Appie en Betty Hemeltjen, woonachtig in Winterswijk. Foto: Theo Huijskes