Jeroen Tank, bestuursvoorzitter van zowel het Stadsmuseum als de Stadsboerderij, staand voor het museum in de Mattelierstraat. Foto: Theo Huijskes
Jeroen Tank, bestuursvoorzitter van zowel het Stadsmuseum als de Stadsboerderij, staand voor het museum in de Mattelierstraat. Foto: Theo Huijskes Theo Huijskes

Stadsmuseum en Stadsboerderij werken toekomstgericht

Diverse plannen in de maak ondanks de corona-pandemie

Door Theo Huijskes

GROENLO - De coronapandemie kan de besturen en vrijwilligers van zowel het Stadsmuseum Groenlo als de Stadsboerderij Grolle er niet van weerhouden om plannen te smeden voor de nabije toekomst. Ondanks dat beide toeristische trekkers in verband met de huidige maatregelen voor het publiek gesloten zijn, laat Jeroen Tank, zowel bestuursvoorzitter van het museum als bestuursvoorzitter van de boerderij, weten dat beide organisaties niets van stilzitten en afwachten willen weten. In de ontvangstruimte van het Stadsmuseum neemt Tank daarom alle tijd om deze krant te informeren over de in werking gezette herstel- c.q. verbeterplannen voor beide plaatselijke musea.

Het gezicht van de Stadsboerderij
“Wat betreft de Stadsboerderij wordt er al een tijdje gewerkt aan een nieuw organisatieplan. Dit kwam in een stroomversnelling toen in december jl. beheerder Henny Garstenveld plotseling kwam te overlijden”, geeft Jeroen Tank aan. “Een groot verlies. Henny was jaren achtereen het gezicht en de drijvende kracht van de Stadsboerderij. In feite draaide alles om Henny en was hij niet alleen voor ons bestuur, maar nog belangrijker voor alle enthousiaste vrijwilligers het belangrijkste aanspreekpunt”, aldus Tank, die daarbij aangeeft dat het bestuur mede daarom verder wil gaan op het kompas van de overleden Grollenaar, in wiens leven naast zijn gezin maar één aangelegenheid centraal stond en dat is de lange, waardevolle geschiedenis van Groenlo.

Andere organisatievorm
“Omdat er in de huidige tijd niemand beschikbaar is, die evenals Henny Garstenveld op iedere dag van de week zijn energie in het museum wil investeren, hebben wij als bestuur in goed overleg met alle vrijwilligers een nieuwe organisatievorm ontwikkeld. Onder leiding van het vijfkoppige bestuur en met de medewerking van alle, circa vijftien enthousiaste vrijwilligers hebben wij besloten om een vijftal werkgroepen in het leven te roepen, die ieder onder leiding staan van een bestuurslid. Op deze manier zorgen wij met gebruikmaking van een draaiboek voor een werkwijze waarbij de lijntjes onderling bijzonder kort zijn. Er is bijvoorbeeld een werkgroep expositie en arrangementen en daarnaast nog vier afzonderlijke groepen”, aldus Tank, die alle hoop heeft gevestigd op een openstelling van de Stadsboerderij rond Pasen.

Zicht op ‘Museum 1627 -Het andere verhaal-’
Het enthousiasme gekoppeld aan een brok optimisme kent geen grenzen wanneer Jeroen Tank ingaat op de ontwikkelingen ten aanzien van de verhuizing van het Stadsmuseum naar De Oude Calixtus nabij de Markt in Groenlo en daar, in dit geval onder de naam ‘Museum’ 1627 -Het andere verhaal-‘, een nieuw, bijzonder historisch leven begint.

"Mijn stellige overtuiging is dat er ondanks de coronacrisis in juli aanstaande meer duidelijkheid komt over dit indrukwekkende project met als hoofdschotel de Tachtigjarige Oorlog in de Achterhoek. Hiermee is een geldbedrag van circa 1,7 miljoen euro gemoeid. Natuurlijk is dat veel geld, wat ons voor de vraag stelt: 'Hoe benader je alle daarvoor in het leven geroepen fondsen en andere sponsoren?' Dat gaan wij nu op professionele wijze doen in samenwerking met Arvan Postma en met gebruikmaking van het juiste film- en ander materiaal. Nu alles panklaar is, gaat naar dit laatste alle aandacht uit. Het hele project verloopt zo goed dat we verwachten in oktober 2022 open te kunnen gaan.” Aldus voorzitter Jeroen Tank, die nog graag kwijt wil dat het bestuur, alsmede de circa twintig vrijwilligers van het Stadsmuseum Groenlo enorm in hun nopjes zijn met de komst van niemand minder dan Godfried Nijs in de functie van adviserend bestuurslid. "Een betere specialist op het terrein van de Tachtigjarige Oorlog is immers niet denkbaar!”