Club van Old Grolschen viert in het najaar het 45-jarig bestaan
GROENLO - “Hopelijk maakt de coronapandemie het mogelijk dat wij in de tweede helft van dit jaar ons 45-jarig bestaan in het bijzijn van al onze leden kunnen vieren. Tegelijkertijd is onze hoop gevestigd op de komst van nieuwe, met name jonge leden. Ons ledenaantal is op dit moment circa 60, maar om al onze doelstellingen te kunnen verwezenlijken, waaronder als basis de organisatie van halfjaarlijkse bijeenkomsten, is ons streven gericht op een ledenaantal van 75.” Dit zegt Joop Meulenbeek, voorzitter van de Club van Old Grolschen, 75 jaar geleden in Groenlo geboren en opgegroeid en inmiddels reeds vele jaren woonachtig in Elst. “Het is onvoorstelbaar hoeveel in Groenlo geboren of daar gewoond en gewerkt hebbende oud-Grollenaren nog een hechte band hebben met het gezellige vestingstadje, maar daarentegen geen lid zijn van onze club. Richting het 50-jarig bestaan in 2026 hopen wij daar de nodige positieve veranderingen in aan te kunnen brengen.”
Door Theo Huijskes
Aanzet tot oprichting tijdens de Grolse Kermis in 1976
Ondanks dat er nog geen sprake was van een officiële bekrachtiging, vond de geboorte van de Club van Old Grolschen tijdens de Grolse Kermis in 1976 plaats en dat ’s morgens in het voormalige Hotel De Moriaan in de Mattelierstraat en ’s middags in het voormalige Restaurant Wissink aan de Eibergseweg. Het was in die tijd de in Hollandsche Rading -een dorp onder de rook van de gemeente De Bilt- woonachtige oud-Grollenaar Theo Kaak, die het initiatief nam. Hij was tevens degene, die tijdens de oprichtingsvergadering in oktober/november van 1976 tot eerste voorzitter werd benoemd. Volgens de huidige secretaris Appie Hemeltjen, woonachtig in Winterswijk, is de voorzittersfunctie na Kaak achtereenvolgens behartigd door Ben Brockötter, Frans van Schaik, Jan Wientjes, Mathilde Steenbergen en Iet Pothof-Moormann, waarna Joop Meulenbeek en dat sinds het 40-jarig bestaan in 2016 de voorzittershamer hanteert. Volgens Hemeltjen heeft men in de afgelopen 45 jaar met een aantal van 160 het hoogst aantal leden bereikt. De exacte oorzaak van het gegeven dat het aantal leden zo fors is teruggelopen, kunnen Meulenbeek en Hemeltjen niet aangeven. “Natuurlijk zijn er de nodige sterfgevallen geweest. Maar daarnaast hebben wij, als gevolg van de mogelijk voor verwarring zorgende naam van onze vereniging, te weten ‘Club van Old Grolschen’, reeds diverse pogingen ondernomen om een naamsverandering door te voeren. Een en ander met name vanwege de levende gedachte dat met de aanduiding ‘Old Grolschen’ in leeftijd oude Grollenaren zouden worden bedoeld in plaats van voorheen in Groenlo woonachtige en dat in alle leeftijden zijnde oud-Grollenaren”, aldus Meulenbeek en Hemeltjen. Die beiden aangeven dat er tot op heden nog geen pakkende alternatieven zijn aangereikt. “Daarnaast moeten wij ons als bestuur terdege realiseren dat de na de oprichting, en dat zeker in de huidige tijd in het leven staande nieuwe generaties, mogelijk totaal andere gedachten hebben over een lidmaatschap.”
Voorlopig doorgaan met twee halfjaarlijkse bijeenkomsten
Maar met opgeheven hoofd gaat het huidige bestuur, dat naast Meulenbeek (voorzitter) en Hemeltjes (secretaris) bestaat uit Jos van Beckhoven (penningmeester) en Annet van der Markt-Moormann (algemeen lid), in ieder geval uit van een continuering van de twee gebruikelijke halfjaarlijkse bijeenkomsten. “Vergeet niet dat wij nog steeds leden hebben, die momenteel in bijvoorbeeld Garmerwolde, Echt, Woldendorp en Oegstgeest wonen. In het buitenland hebben wij nog een lid in Antwerpen, terwijl in het verleden zelfs leden woonachtig waren in Frankrijk en Canada”, geeft Hemeltjen aan. Meulenbeek vult aan dat wanneer men de huidige opzet met standaard twee bijeenkomsten per jaar wil blijven handhaven, er sprake moet zijn van een ledenbijstand van minimaal 60 personen. Maar wanneer de medewerking aan dit artikel ertoe bijdraagt dat er een lichte toename plaatsvindt richting de 75 leden, zou dat in onder andere financieel opzicht ook een stuk gemakkelijker en dus plezieriger zijn om telkens iets moois te organiseren. Maar met gebruikmaking van het alleszeggende motto ‘Zo vaste as Grolle!’ moet dat toch mogelijk zijn!”