Afbeelding

Van Achterhoek naar Voorhoek?

Opinie Columns

Het zal jullie misschien ook opgevallen zijn, beste Grollenaren, het zal jullie misschien ook opgevallen zijn dat er een grote mentaliteitsverschuiving aan de gang is in de Achterhoek. Heel lang was het zo dat we ons in dit gebied wat ondergesneeuwd voelden ten opzichte van het mondaine westen met zijn verbeelding en zijn te dominante uitstraling. Zogenaamde karakteristieken die overigens feitelijk nergens op stoelden. Maar we keken er wel tegenop. Ik denk dat het vooral destijds door de Achterhoekse rockband Normaal is gekomen dat we hier een andere toon zijn gaan aanslaan. Plotseling werden we ons bewust van onze eigen unieke positie achter ’den Issel’, wat ook tot uitdrukking kwam in de herleving van onze streektaal die eerst als een soort loden last op ons drukte als we al dan niet met tegenzin naar het westen moesten opstomen. Onze eigenheid kwam steeds nadrukkelijker in beeld.

We kregen langzamerhand zelfs een beetje verbeelding, mag ik het zo voorzichtig uitdrukken. Het heeft overigens nog een hele tijd geduurd voordat onze opgekomen ‘verbeelding’ ook de lokale overheden bereikte. Het is in het algemeen zo dat de overheden niet leidend zijn, maar volgend en dat ze een beetje achter de nieuwe ontwikkelingen aansukkelen. Dat heeft natuurlijk alles te maken met de noodzakelijke wetgeving daarbij en de ingewikkelde politieke constructies en die kunnen niet even snel door een batterij juristen degelijk aan het papier worden toevertrouwd.

Die taal, die is ook belangrijk. Ik noemde al Normaal, maar bijvoorbeeld iets verder weg Herman Finkers en iets dichterbij hebben we Hans Keuper en zijn Boh Foi Toch-formatie met de echte moodersproake. De helft van die band stamt meen ik uit Groenlo. Toch even een interessant detail! Maar deze mensen en formaties dragen door het karakteristieke gebruik van de streektaal zeker bij aan onze identiteit en de presentatie daarvan.

Enkele jaren geleden leek de Achterhoek meer richting een sterfhuisconstructie te gaan. De Achterhoek zou krimpen en om dat in goede banen te leiden moesten er vooral geen woningen worden gebouwd. Niet bouwen voor leegstand werd zo’n uitdrukking waar je nou niet echt de toekomst mee in kon. Ik schreef meen ik al eens dat je op de duur in de Achterhoek nog slechts heel af en toe iemand zou tegenkomen in een verder leeg en verlaten gebied.

Maar zie hoe het nu is. De Achterhoek heeft zich gehergroepeerd, ook in bestuurlijk opzicht. Wij hebben nu zelfs een Achterhoek Board (de juridische positie daarvan laat ik nu even buiten beschouwing). We hebben de krachten in de Achterhoek meer gebundeld, de overheden treden wat dominanter naar buiten en we zetten een wat grotere mond op, om het eens netjes uit te drukken.

Laatste voorbeeld daarvan: de burgemeester van Oost Gelre die in haar nieuwjaarstoespraak niet alleen sprak over het toegenomen aantal inwoners, maar dit gebied hier naar goed modern gebruik en retoriek met een Engelse term karakteriseerde als ‘the place to be’. Alsjeblieft!

Dat is even wat anders dan alleen wijzen op bloeiende heidevelden en kronkelige fietspaden. Wij hadden natuurlijk als Grolse jongens nog liever gehad dat ze zou hebben gezegd: hier moj waen! Maar toegegeven: daarmee kom je aan de andere kant van den Issel nu nog niet zo erg ver mee.

Het lijkt erop dat we gaandeweg hier het geloof in onszelf steeds meer gaan ontwikkelen. We moeten natuurlijk onze karakteristieken en onze eigen identiteit blijven behouden en koesteren. Maar het lijkt erop dat we toch massaal uit de Achterhoek naar de Voorhoek opstomen.

Ze zullen ons nog eens goed leren kennen, daar in de rest van Nederland.


Torenwachter

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant