Afbeelding

KIJKJES VAN DE GROLSE STADSTOREN

Algemeen

Iets eenvoudiger graag!

Dat we onderdeel zijn van een complexe samenleving hoef ik jullie niet te vertellen, beste Grollenaren. De high tec is zo enorm dat ik meestal bijna radeloos maar op een of ander knop druk om licht te krijgen, om beeld of digitale tekens tevoorschijn te toveren en dat dan tot mijn stomme verbazing ‘het ding of de dingen’ het ook nog af en toe - heel af en toe - doen.

Vooral afblijven zeggen ze dan bij mij in de familie als ze me zien hannesen met de techniek; als je er alleen maar naar kijkt ontstaan er spontaan allerlei kortsluitingen en beeld-loze apparaten. Ik weet hun gevoel op waarde te schatten en beweeg mij dan ook als een soort zombie door de diverse vertrekken.

Het wordt dus kortom steeds ingewikkelder en precies daarom dacht ik dat er enkele gebieden zouden zijn waar ze juist zouden vasthouden aan de eeuwenlang bestaande tradities. Ik kies er een uit: het bier.

Kijk, bier is van oudsher een volksdrank; het werd in de middeleeuwen als vervanger voor het vervuilde water gedronken en het was dan toch aardig dat daarbij zowel de volksgezondheid als de noodzakelijke vrolijkheid een dienst werd bewezen. ‘Op je gezondheid’ is een term die in die tijd is ontstaan, zo heb ik na een lange en uiterst zorgvuldige studie ontdekt, uitgevogeld, wetenschappelijk vastgesteld en die term had ook duidelijk betekenis. Nu hoor ik bij festiviteiten regelmatig iemand roepen ‘op je gezondheid’ terwijl bij elk glas die gezondheid juist achteruit keldert.

Maar er was eeuwenlang een duidelijk systeem: het boertige volk dronk bier en de upperclass nipte, rook, snoof en wiegelde aan en met een glas wijn en toonde aan daarmee te zijn ontstegen aan het eenvoudige gepeupel zal ik maar zeggen. De gegoeden dronken wijnen en wisten daar met de nodige fantasie iets geweldigs van te maken. Het moet gezegd: ze introduceerden fantasierijke termen als wijn die vlak in het glas ligt, wijn die zich ontpopt tot een ware vrind of een aanvankelijk lichtelijk obstinaat type dat echter gaandeweg transformeert tot een niet meer weg te denken collega. Dit soort kulteksten maar die toch een bepaalde sfeer creëerden.

Dan had je aan de andere kant voor de gewone jongens het goudglanzend gerstenat, bier dus en dat was het, gewoon goed bier. We kenden eeuwenlang ook maar één merk. Ik mag geen reclame maken en dat doe ik dus ook niet en daarom zeg ik ook niet dat het hier Grolsch was. Als je in een café kwam - sorry horecagelegenheid - dan kon je gewoon een bier bestellen. Het was ook zo eenvoudig, doo mien moar ’n biertjen. Verder hoefde je niks te zeggen, de kastelein - sorry uitbater - had ook geen vragen over hoeveel percentage, wil je witbier, donker, rood, flauw bier, import of export. Gewoon een biertje.

Goh, wat waren dat mooie tijden zeg. Dat we maar één woord hoefden te zeggen en dat het dan was geregeld, een heerlijk glas schuimend bier. Maar als je praat van er is de klad ingekomen, daarin precies. Je kunt geen gewoon biertje meer bestellen, je moet cursussen hebben gevolgd om nog een bestelling te kunnen plaatsen. Als je achterloopt verdorst je; dan krijg je helemaal niks meer want ‘bier’ dat bestaat niet meer. Welk bier, welke gisting, hoe precies? Er zijn nu in Nederland al meer dan 350 ambachtelijke brouwerijen. Ik ben nu al bijna zover dat ik overweeg voor mezelf te beginnen, een huishoudelijke brouwerij.

Dat ik dan tegen mezelf zeg: ‘n biertje?

Verder niks.


Torenwachter

Advertenties doorgeplaatst vanuit de krant